De astronomen van de toekomst
Veel studenten dromen van een academische carrière. Om een promotieplaats te bemachtigen is onderzoekservaring cruciaal, maar niet alle studenten krijgen deze mogelijkheid. Sommige studenten hebben, ondanks hun talent en motivatie, vanwege hun sociaaleconomische of culturele achtergrond minder kans op een toekomst in de wetenschap. Ook studenten die in een land wonen of studeren waar onderzoeksmogelijkheden schaars zijn, staan vaak al 1-0 achter. Het gerenommeerde Anton Pannekoek Instituut voor Sterrenkunde wil hier met ASPIRE verandering in brengen.
Een gevoel van gemeenschap en saamhorigheid
De universiteit is gebaat bij een grote diversiteit aan onderzoekers, die ieder met hun unieke persoonlijkheid, achtergrond, cultuur en talent de wetenschap vooruitbrengen. Daarom heeft het Anton Pannekoek Instituut ASPIRE opgericht, voluit: Astrophysics Summer Program for International Research Experience. Jonge onderzoekers kunnen hier onderzoekservaring opdoen, ongeacht hun sociaaleconomische positie of achtergrond. Via het Jaarfonds heeft u geholpen om deze zomerschool mogelijk te maken.
Christian Ginski, postdoc-onderzoeker aan het Anton Pannekoek Instituut, is mentor van ASPIRE-deelnemers. ‘Ik vind het leuk om te zien hoe de studenten groeien gedurende het project. Het geeft me veel voldoening,’ vertelt hij. ‘ASPIRE is belangrijk omdat het studenten helpt vooroordelen en barrières in de wetenschap te doorbreken. Diversiteit in ons veld vergroten is namelijk niet alleen goed voor de wetenschap, maar ook voor de samenleving.'
Diversiteit in ons veld vergroten is niet alleen goed voor de wetenschap, maar ook voor de samenleving
Ook oud-deelnemer Vivian Adhiambo Otieno uit Kenia onderstreept het belang van de zomerschool. ‘Het mooiste aan ASPIRE is het gevoel van gemeenschap en de saamhorigheid,’ legt ze uit. ‘Als je met het project bezig bent, voel je dat je er niet alleen voor staat.’ Dankzij de beurs hoefde ze zich geen zorgen te maken over de kosten van haar vlucht en visa kon ze zich volledig richten op het studieprogramma. Na ASPIRE volgde Vivian een onderzoeksmaster aan de Universiteit van Leeds, nu doet ze een promotieonderzoek aan de TU Delft en de UvA.